World Goetheanum Forum in Sekem
29 oktober, 2025

De zon schittert laag tussen de palmbladeren door. Het is fris voor Egyptische begrippen. Een groene, stille, schone oase. Na vele verhalen gehoord te hebben ben ik er nu zelf. Sekem. Eindelijk.
Toen het World Goetheanum Forum (WGF) in januari besloot de jaarlijkse conferentie in Sekem te organiseren, was het voor mij een unieke kans. Afgelopen maand was het zo ver: van 24 tot 28 september vond het WGF plaats, met een pre- en een after-conferentie op de Heliopolis University. Vanuit 20 landen waren circa 150 deelnemers gekomen. De conferentie had tot doel om tot een nieuw begrip van sustainable development te komen (duurzame ontwikkeling) – een begrip waarover de deelnemers het eens konden worden én van waaruit de komende jaren zou kunnen worden gewerkt.
De Heliopolis University is uit de Sekem-impuls ontstaan. Voor wie het verhaal niet kent: In 1977 kocht Ibrahim Aboulaish (1937-2017) ten noordoosten van Cairo een stuk woestijn. Dat is hij gaan vergroenen. Er werden putten geslagen, gewassen verbouwd, bomen geplant, er kwamen koeien, een schooltje en een eerste bedrijf. Nu, bijna 50 jaar later, kent de Sekem-holding verschillende bedrijfstakken (waaronder medicijnen, thee, katoenproductie), levert zij producten over de hele wereld, werkt ze aan een economische en ecologische transformatie van Egypte en heeft sinds enkele jaren haar eigen universiteit. Bij de pre-conferentie zijn er sprekers, muziek, werkgroepen en Johannes Kronenburg presenteert er het boek dat hij samen met Edith Lammerts van Bueren heeft samengesteld: On the earth we want to live; Anthroposophy’s contributions to sustainable development.
Het terrein van Sekem onderscheidt zich van zijn omgeving door het groen, het feit dat er geen afval ligt en het niet door de karakteristieke (half afgebouwde) hoogbouw van Cairo wordt omringd. Dit is de komende vier dagen ons thuis. Meestal in de centrale ruimte van het guesthouse, maar we cirkelen ook eromheen: werkgroepen vinden buiten in de schaduw plaats, maaltijden in de tuin, op het terras of in het ‘bedoeïenenkamp’ – een zandoase midden tussen het groen.
Mijn hoogtepunt? Dat was de diversiteit. Mensen kwamen vanuit de hele wereld naar Sekem en dat verrijkte en verbreedde de gesprekken enorm; een stem vanuit Kenia of Zimbabwe of ook Maleisië bracht toch een ander aspect aan het licht dan een puur Europese discussie zou hebben gedaan. Hetzelfde was de diversiteit in generaties. Gedurende de dagen waren er reflectiemomenten ingebouwd. Ik was ingedeeld met twee oudere Duitse antroposofen, en twee jonge studentes van de Heliopolis University. Elke dag brachten de studentes meer huisgenoten mee, totdat ik op de laatste dag alleen met zeven studenten om mij heen zat. Het gesprek over de culturele verschillen – en vooral de overeenkomsten – was prachtig om te beleven. Vooral de kracht, voeding en betekenis die zij haalden uit de Islam, en hoe Sekem hen de kans bood in verbinding met de natuur te studeren en leren zullen mij nog lang bijblijven.
Na vier dagen vol gesprekken, oefeningen en discussies wordt het nieuwe begrip van sustainable development gepresenteerd. Twee belangrijke essenties wil ik hier delen: Allereerst het inzicht dat de mens niet het probleem is, maar de oplossing. De mens geeft juist waarde aan de aarde. Het zal niet helpen om de mens als probleem weg te denken. Zij kan juist verantwoordelijkheid nemen voor haar taak. Hoe? Dat ontspringt uit een tweede essentie: sustainable development vindt plaats wanneer persoonlijke ontwikkeling verbonden is met een kosmisch-geestelijke (holistisch) inspiratie. Het binnenste van sustainable development – de beweging komt uit het innerlijk van het individu – is verbonden met het buitenste – die beweging komt uit een besef van één wereld, één mensheid, één geest. Hopelijk kunnen deze inzichten ons de komende jaren ondersteunen.
Arthur de Gast
Dit artikel verschijnt in Motief 297 van november 2025
